Pak geen stukje, maar de gehele beheertaart

Als bedrijven beginnen met BYOD, virtualisatie of Windows 8, kiezen ze daarvoor graag specialistische tools waarmee ze ieder onderdeel van de IT-infrastructuur tot in detail kunnen beheren. Op zich is dat geen verkeerde aanpak, maar het kan ook anders, vindt leverancier Kaseya. Door een andere benadering van beheer en security te kiezen waarbij automatisering de hoofdmoot bepaalt, zegt het een aanlokkelijke optie te zijn voor organisaties die zich van hun traditionele partners durven af te wenden.

“In feite komt het erop neer dat we niet kiezen voor de specialisatie in specifieke problemen of platforms, maar voor een specialisatie in het automatiseren van bedrijfsprocessen om beheer en beveiliging te vereenvoudigen”, legt Bob Davis uit. Hij is CMO bij Kaseya, dat in 2000 werd opgericht door de huidige president Mark Sutherland en CTO Paul Wong. Inmiddels is de Amerikaanse firma uitgegroeid tot een bedrijf met 450 medewerkers in dertig landen. Het bedrijf kent vooral klanten in de sectoren onderwijs, gezondheidszorg, finance en retail.

Het recept voor het automatiseren en bewaken van IT-processen, bestaat uit een Kaseya-netwerkagent die de apparaten binnen de infrastructuur voor de dienst van een bedrijf (on-premise of vanuit de cloud) in kaart brengt. Is een apparaat toegevoegd aan de console van Kaseya, eventueel via het installeren van een app, dan kan het op afstand overgenomen, gebackupt, ingesteld en gepatcht worden. “Veel herhalende, domme taken die anders aan een beheerder moeten worden uitbesteed, kun je automatiseren. En waar je eerst één beheerder maximaal honderd of honderdvijftig apparaten kon laten beheren, kun je dat nu uitbreiden naar duizenden apparaten. Dat scheelt je behoorlijk wat kosten”, aldus Sutherland.

De sysadmin krijgt andere taken

Het klinkt als een oplossing waar een IT-manager misschien gelukkig van wordt, maar een IT-beheerder niet op zit te wachten. Loopt zijn baan immers geen gevaar wanneer zijn werkgever voor een product als Kaseya kiest? Volgens Sutherland is daar in de praktijk geen sprake van. “IT-managers worden dikwijls gedwongen in hun kosten te snijden. Kostenreducties van 25 procent op IT zijn geen uitzondering. Door Kaseya te gebruiken hoef je de beheerder niet te ontslaan; besparen doe je immers doordat je kostbare downtime voorkomt. In plaats daarvan geef je hem tijd te werken aan voor de business waardevolle, strategische projecten. Je kunt eindelijk optimaal gebruik gaan maken van zijn kennis en kunde en hoeft hem niet langer te vermoeien met repetitieve klusjes. Het is voor alle partijen een win-win situatie.”

Marketingdirecteur Davis valt hem bij: “Je kunt door producten als Kaseya je IT laten groeien zonder dat je daarvoor ook je personeelsbestand en/of tools moet laten groeien. Ook CIO’s hoeven zich minder bezig te houden met operationele zaken en kunnen een meer strategische rol gaan spelen. IT vervult tegenwoordig een nutsfunctie en kun je vergelijken met een fabriek. Waar het aantal arbeiders de productiecapaciteit bepaalt, valt die bottleneck nu weg. Door te automatiseren kun je een goedkoper product aanbieden en beter concurreren.”

Supertools creëren beheerspaghetti

Door de agnostische aanpak onafhankelijk van platform of technologie kent Kaseya een zwakke plek, namelijk dat het niet de specialistische functionaliteit kan bieden die leveranciers van bijvoorbeeld BlackBerry (RIM met de BlackBerry Enterprise Server) of VMware (met vCenter voor virtuele vSphere-omgevingen) wel kunnen bieden. Davis: “Wij zijn niet gespecialiseerd in één probleem, waar andere bedrijven dat misschien wel zijn. Maar voor oplossingen als MobileIron [een beheerpakket voor smartphones en tablets, red.] geldt daarom dat ze ook maar één zorg wegnemen. Het is symptoombestrijding.”

“Ik zit al dertig jaar in de IT”, zegt Davis. “In die dertig jaar zag ik allerlei bedrijven voorbij komen die producten lanceren en daarnaast beheeroplossingen leveren. Maar daardoor ontstaat een lappendeken aan verschillende beheerproducten die de complexiteit laten toenemen. Bedrijven zoeken naar oplossingen om de complexiteit juist te reduceren en die zaken als beheer weten te integreren in bestaande processen.” Sutherland: “Minder consoles betekent minder beheer. Vooral het mkb zou het moeten aanspreken om IT in hun bedrijfsprocessen te integreren.”

Windows 8 gaat voor nog meer exotische apparaten zorgen

Sutherland en Davis kijken reikhalzend uit naar Windows 8, waarvan ze verwachten dat dit het BYOD-landschap nog diverser maakt. Als tablets en slates als de Surface aanslaan, heeft Microsoft een competitief platform dat kan concurreren met de browsergebaseerde Google-omgeving en het rigide, maar gebruiksvriendelijke Apple ecosysteem. “Iedere organisatie moet zien om zien te gaan met die mix. Je moet er mee overweg kunnen, geen IT-afdeling kan zelf nog dicteren welke apparaten wel en niet toegestaan worden. Ik zeg altijd: BYOD gaat niet gebeuren, het gebeurt. En het is niet te stoppen”, aldus Sutherland.

Omgevingen volledig bestaand uit Windows 8 desktops, laptops, slates en tablets (naast smartphones op Windows Phone 8), zullen we voorlopig niet gaan zien. Davis: “Het zal een hybride omgeving worden bestaande uit Windows 7 desktops en Windows 8 op mobiele apparatuur. Bedrijven die ik spreek zijn vooral nog bezig met een migratie vanaf XP naar Windows 7. Werkelijk niemand spreekt over een verhuizing naar Windows 8.”

Zorgen over beveiliging nemen niet toe

De bestuurders van Kaseya verwachten niet dat het aanhoudende BYOD-geweld zorgt voor extra beveiligingszorgen bij beheerders. De aanname dat hackers en malware een grotere bedreiging dan ooit tevoren zijn, klopt in hun ogen niet. “Security is al sinds het begin van het internet een heet hangijzer. Good guys en bad guys spelen al jaren haasje-over, alleen het tempo is toegenomen. Wat er moet gebeuren is dat de visie op security verandert”, zegt Sutherland. “Een mooi voorbeeld vind ik Apple en de jailbreakme-hack waarmee je een iPhone via een website kon hacken. In plaats van dat Apple die hacker aanklaagt, bieden ze hem een baan aan. Dat vind ik prachtig en dat is de juiste manier van het omgaan met dit soort risico’s. Uiteindelijk moet je streven naar systemen die alle soorten gevaren kunnen ondervangen. Onze mensen blijven daar hard aan werken, we hopen dat de fabrikanten dat ook zullen doen.”